De eerste akkerbouwers streken ca. 4500 jaar geleden in Hümmling neer. Daarbij kozen ze vooral heuvels uit. Dat waren vaak grondmorenen: opstuwingen van gletsjers uit de Saale-ijstijd (300.000 – 126.000 jaar geleden), die materialen als zand, grind of klei uit Scandinavië meevoerden. De afgelopen 150.000 jaar werden deze grondmorenen onder andere door regen en sneeuw ontgrond en ontkalkt, zodat er vaak een zanderige tot leemachtige bodem overbleef.
Na het einde van de laatste ijstijd (115.000 tot 11.600 jaar geleden) groeide hier bos, totdat de mensen zich hier vestigden. Beetje bij beetje rooiden de mensen de bomen om brandhout te winnen en plek te maken voor akkervelden. Alleen daarom kon de naar zonlicht begerende heide zich in het Emsland uitbreiden; hij kon immers in de schaduw van bomen niet groeien. De Mansenberge is echter meer dan „alleen“ een heidelandschap: het herbergt 83 van de nog herkenbare grafheuvels, die hun oorsprong vinden in de vroege bronstijd (1600 tot 1200 v. Chr.).